Bel ons voor info 0294 - 74 50 70

Nieuws item

Portemonnee gaat ook in richting van hout wijzen


De bouw laat zich vooral door tradities en de portemonnee leiden en mede daarom blijft het aandeel houtbouw woningen nog achter. “Maar hout heeft een enorme potentie. Als je de concepten voor houtbouwwoningen ziet, dan wordt door de grootschalige opschaling een houtbouwwoning straks goedkoper dan een traditioneel gebouwde woning.”

Rick Kamphorst van FSC Nederland ziet veel kansen voor hout bij de bouw van woningen en gebouwen. “Dat wil niet automatisch zeggen dat het alleen maar hout moet worden. Ook bij andere bouwmaterialen zie je innovatieve ontwikkelingen in duurzaamheid en circulair bouwen. De realiteit zal zijn dat er in de toekomst veel hybride bouwvormen worden toegepast, waarbij de specifieke kwaliteiten van de verschillende bouwmaterialen worden benut. Dat neemt niet weg dat hout en andere biobased bouwmaterialen uitstekend scoren in LCA-berekeningen, circulair bouwen en vermindering van de CO2-uitstoot. Die kwaliteiten zullen steeds nadrukkelijker de keuzen van ontwikkelaars, investeerders en architecten gaan bepalen. Ook de woonconsument voelt zich heel prettig in een gezonde houten woning.”

Alle lichten staan dus op groen voor meer houtbouw. Toch is de groei nog bescheiden, mede doordat bouwpartijen blijven kiezen voor gangbare bouwmaterialen. Bouwpartijen zitten vaak vast in hun stramien van bouwmethodieken, zijn soms ook gelieerd aan een eigen betonfabriek en kijken bouwtechnisch naar de goedkoopste oplossingen, niet naar de meest toekomstbestendige oplossingen. Kamphorst: “We zien gelukkig dat we voor meer verduurzaming gaan, dat er sprake is van een ‘groene golf”. We kijken nu naar het gebruik van hernieuwbare grondstoffen en naar recycling en hergebruik; het liefst het laatste want bij recycling is veelal sprake van veel energieverbruik en CO2-uitstoot. We kiezen ook steeds meer voor biobased bouwmaterialen, met name hout. Uit oogpunt van circulair bouwen zou dat nog veel vaker moeten gebeuren. Bij een recente demo van zes ontwikkelaars van woningconcepten in houtbouw was de belangstelling van woningcorporaties gigantisch groot. Het bewijst dat er veel animo voor houtbouw is, zowel met de blik op duurzaam bouwen als op snel en efficiënt bouwen tegen lagere kosten.”

Kamphorst ziet tevens dat steeds meer partijen in de planfase al kijken naar houtbouw. “Dat is de eerste aanzet tot de groei van houtbouw. Zo komt de trein langzaam op gang. Maar die gaat straks in sneltreinvaart rijden als ontwikkelaars, investeerders en architecten niet alleen naar de circulaire impact van hun bouwplan kijken. Als de overheid bijvoorbeeld de MilieuPrestatie Gebouwen (MPG) aanscherpt of de CO2-uitstoot van bouwmaterialen gaat beprijzen. Ook dat betekent een forse stimulans voor houtbouw. Je ziet bijvoorbeeld dat bij groene hypotheken de toepassing van (gecertificeerd) hout in de woningen al meetelt. Het is daarnaast goed te zien dat in de verkiezingsprogramma’s van verschillende politieke partijen voor de Tweede Kamerverkiezingen behoorlijk wat aandacht is voor de milieu-impact van bouwmaterialen.”

Voor een tekort aan hout hoeft de Nederlandse bouwsector niet bang te zijn, zo verzekert Rick Kamphorst. “In Scandinavië schrikken ze echt niet als wij hier meer in hout willen bouwen. In heel Europa is voldoende hout aanwezig en het bosareaal groeit elk jaar. We kunnen overigens ook het hardhout verder weg halen uit tropische bosgebieden, want de transportafstand valt in het niet bij de milieuvoordelen van de toepassing van hardhout. In Europa en tropische bosgebieden vindt onder FSC-certificering verantwoorde bosbouw plaats. Men ziet daar ook de waarde van deze vorm van bosbouw, zodat men niet geneigd is om bossen plat te branden voor landbouwgrond. Overigens staat het FSC-keurmerk ook voor sociaal verantwoorde bosbouw en verduurzaming. Nederland is daarin koploper: meer dan 85% van het hout is gecertificeerd en de grootste 15 bouwers in ons land passen zelfs meer dan 95% gecertificeerd hout toe.”

Rick Kamphorst besluit: “Er is nog het obstakel dat er ‘op gevoel’ over hout wordt gepraat. Daarmee bedoel ik dat je geluiden hoort over de brandveiligheid en levensduur van hout. Technisch is alles rondom hout onderzocht en daaruit blijkt dat een houtconstructie juist brandveiliger is dan een constructie in menig ander bouwmateriaal. Dat heeft alles te maken met het feit dat een houten constructie bij brand langer zijn functie als drager blijft uitoefenen. En over duurzaamheid kun je zeggen dat in Denemarken wordt gerekend met 200 jaar levensduur voor houten casco’s. Voor gevels is er een grote variëteit, van 5 tot 50 jaar levensduur, maar ook hierin zie je ontwikkelingen dat we zachthout kunnen verduurzamen tot decennialange levensduur. Die trein van houtbouw, die langzaam op gang is gekomen, rijdt straks in volle vaart door Nederland. Willen we in Nederland circulair bouwen, dan kan dat niet zonder biobased bouwmaterialen, met FSC-gecertificeerd hout als een belangrijke exponent.”

Rick Kamphorst is lid van de Adviesraad van de vakbeurs HOUTBOUW en denkt mee over de invulling van het inhoudelijke programma.

Ga terug