Bouwfysica in houtbouw: de standaard
Vier punten voor op het lijstje
Brandveiligheid, laagfrequent geluid, hittestress en bouwvocht. Voor Saskia Hegeman van Nieman Raadgevende Ingenieurs zijn dit de vier bouwfysische thema’s die bijzondere aandacht moeten krijgen bij het ontwerpen en uitvoeren van houten gebouwen. Tijdens HOUTBOUW 2025 deelde zij al haar visie én concrete handvatten om houtbouw toekomstbestendig te maken. In deze nieuwsbrief doet ze dat op ons verzoek nog eens dunnetjes over.
“Als ik een technisch lijstje maak van aandachtspunten, dan staan deze vier er standaard op,” zegt Saskia Hegeman stellig. “Brandveiligheid, laagfrequent geluid, hittestress en bouwvocht. Het zijn essentiële thema’s voor een comfortabel en veilig houten gebouw. En: op deze thema’s gaat het niet vanzelf goed.”
Brandveiligheid is een gedeelde verantwoordelijkheid
Als brandveiligheidsadviseur signaleert Hegeman dat de bestaande regelgeving tekortschiet voor houtbouw. “Hout gedraagt zich bij brand heel voorspelbaar, maar het brandt wel mee en daar zijn we in de bouw nog niet op getraind. Neem onze regelgeving, deze is geschreven voor steenachtige gebouwen terwijl we allemaal weten dat brand in een houten gebouw zicht anders ontwikkelt en bovendien langer duurt. Daarnaast is er meer bluswater nodig en is het gebouw moeilijker te benaderen voor de brandweer vanwege hittestuwing.”
Er wordt gewerkt aan betere richtlijnen, zoals de NT 6125, maar die gaan verder dan de huidige wetgeving. “We discussiëren volop over welke maatregelen proportioneel zijn. In grondgebonden woningen hoef je misschien geen maatregelen te treffen, maar wat als je hoger gaat bouwen of kwetsbare doelgroepen huisvest? Dan komt al snel de vraag op tafel of je sprinklers installeren moet installeren en extra brandwerende platen moet toepassen. Dat zijn kostbare voorzieningen die ook impact hebben op bijvoorbeeld de MPG-score. Zodra veiligheid wringt met andere projectbelangen ligt ineens de regelgeving weer op tafel, maar die… is (nog) niet zwaar genoeg. Hoeveel zwaarder die moet worden? Ik heb daar een mening over, maar ben niet degene die daarover besluit. Het is een bredere weging van belangen.
Regelgeving loopt achter op akoestiek
Een ander knelpunt is akoestiek, met name op het gebied van laagfrequent geluid. “Onze regelgeving voorziet in spraakgeluiden, maar bastonen of schuivende stoelen? Daar hebben we nug geen wettelijke normen voor. Juist in houtbouw speelt laagfrequent geluid een grotere rol dan in betonbouw. Daarnaast heeft de consument terecht wél verwachtingen rondom akoestiek. En nu gevels geluid van buiten steeds beter tegenhouden, worden de woongeluiden nóg makkelijker een bron van ergernis.” Volgens Hegeman is dit een breed gedragen zorg binnen de bouwfysica. “Ik durf de stelling aan dat dit bij elke partij die over akoestische kwaliteit adviseert als gespreksonderwerp op tafel ligt. Binnen Nieman, maar dus ook breder in de sector. Ook als voorzitter van de Nederlands-Vlaamse Bouwfysica Vereniging zeg ik: laat je horen, het onderwerp verdient een podium!
Hittestress: oude data, nieuwe risico’s
Ook de manier waarop we hittestress in houten gebouwen berekenen, schiet tekort. “We rekenen met “oude zomers”: klimaatgegevens van nu of zelfs een paar jaar geleden. Gebruik je de zomer die het KNMI voor over 15 tot 25 jaar voorspelt, dan blijkt een gebouw ineens verre van comfortabel. Houtbouw heeft hier extra last van, omdat het een relatief licht bouwmateriaal is. Dat betekent ook: weinig vermogen om warmte af te vangen in de gebouwmassa (zoals kerken koel blijven in de zomer). Een veelgebruikte strategie: overdag gedoseerd laten opwarmen en ’s nachts de warmte weg ventileren. Die strategie verliest in de toekomst aan effectiviteit: de zomernachten blijven (veel) warmer, dat afkoelen ’s nachts werkt niet meer zo goed. Hegeman pleit daarom voor actualisatie van NEN 5060 en het standaard meenemen van de nieuwe klimaatscenario’s. “Dan gaan we vanzelf nog meer inzetten op het beperken van opwarming, zoals met overstekken of buitenzonwering. Dat heeft impact op het gevelbeeld, dus we hebben een betere samenwerking met de architect te zoeken!
Bij bouwvocht is uitvoeringskwaliteit cruciaal
Tot slot waarschuwt Hegeman voor het risico van bouwvocht. “Hout is minder vergevingsgezind dan steen. Als het vandaag regent en er staat water op een houten vloer, dan kan dat serieuze schade veroorzaken. Met name op de bouwplaats vergt dat veel aandacht voor planning en logistiek. Daarop opteren wij om materialen pas aan te voeren als je ze echt nodig hebt en als het niet anders kan de materialen op de bouwplaats te beschermen tegen weersinvloeden.” Volgens Hegeman speelt verzekerbaarheid hierbij een steeds grotere rol. “Verzekeraars zijn huiverig. In landen om ons heen plaatsen ze grote tenten over de bouwplaats, dat zie je in Nederland nog weinig. Maar als we willen dat houten gebouwen goed verzekerd kunnen worden, moeten we onze uitvoeringskwaliteit echt op orde hebben.”



