Bel ons voor info 0294 - 74 50 70

Nieuws item

Koolstofopslag krijgt waarde

Climate Cleanup maakt bouwen met de natuur aantrekkelijker.


Hoe zorgen we ervoor dat bouwen met hout en andere natuurlijke materialen ook economisch aantrekkelijk wordt? Dat is de vraag waar Jelle de Bijl zich dagelijks mee bezighoudt. Hij werkt bij Climate Cleanup, een organisatie die natuurlijke klimaatoplossingen helpt versnellen door er simpelweg waarde aan toe te kennen. “Wat wij doen, is het faciliteren van carbon credits voor partijen die CO₂ opslaan in materialen zoals hout. Zo helpen we bouwers en producenten de overstap naar biobased bouwen te maken.”

Geld om de tijd te overbruggen
De Bijl ziet het probleem bij veel duurzame koplopers. Ze willen wel omschakelen, maar de overstap kost tijd, geld en aanpassing van processen. “Het is niet dat bouwers niet wíllen verduurzamen,” zegt hij. “Maar als je van de ene op de andere dag moet overstappen op biobased bouwen, krijg je gewoon te maken met dalende marges. Materialen moeten namelijk worden gecertificeerd, kennis moet op peil worden gebracht, processen moeten worden gestroomlijnd. Dat overbruggen wij door CO₂-opslag in kaart te brengen en daar financiële waarde aan te geven.” Die aanpak werkt, want bedrijven kunnen met die CO₂-waarde vervolgens subsidies aanvragen, investeerders aantrekken of tenders winnen.

CO₂ berekenen én verhandelen
Climate Cleanup heeft een platform ontwikkeld waarop partijen hun CO₂-opslag kunnen berekenen én verhandelen: oncra.org. “Daar bieden we onze protocollen aan en zorgen we ervoor dat brokers de credits kunnen verhandelen. Dat is belangrijk, want in het huidige systeem worden duurzame keuzes nog onvoldoende beloond. Wij creëren een markt waarin koolstofopslag wél een factor is die meetelt.” Het werk van De Bijl is deels technisch, deels strategisch. Hij haalt cijfers uit de duurzaamheidsdocumentatie van bouwers en producenten, rekent door hoeveel ton CO₂ er in een product of gebouw wordt vastgelegd en publiceert die waarde op het platform. “We maken zichtbaar hoeveel impact een bouwer daadwerkelijk maakt. Banken, investeerders en overheden kunnen daar weer op rapporteren. Zeker met de nieuwe EU-wetgeving wordt dat steeds belangrijker.”

Van bos naar bouwplaats
De Bijl is nog niet zo lang actief bij Climate Cleanup, maar zijn achtergrond sluit naadloos aan. “Ik heb Bos- en Natuurbeheer gestudeerd en me gespecialiseerd in internationale houthandel. Tijdens mijn studie was ik al bezig met koolstofopslag in hout en andere natuurlijke materialen. Daarna heb ik gewerkt bij een certificeringsorganisatie voor duurzame bosbouw en houtproducten. Via die route ben ik bij Climate Cleanup terechtgekomen.” Zijn persoonlijke drijfveer? “Een natuurlijker systeem creëren. Geen lineair systeem waarin we blijven uitstoten en compenseren, maar een systeem waarin we samenwerken met de natuur. Bouwen met hout is daar een prachtig voorbeeld van. Het slaat CO₂ op in plaats van uit te stoten en is tegelijkertijd een perfect materiaal om betaalbare, circulaire en mooie gebouwen te maken.”

De markt is er klaar voor
Volgens De Bijl groeit de interesse snel. “We merken dat steeds meer partijen willen investeren in biobased bouwen, maar dat ze nog op zoek zijn naar de juiste verdienmodellen. CO₂-credits kunnen daar een belangrijke rol in spelen. Niet alleen voor producenten, ook voor opdrachtgevers, architecten en aannemers. Iedereen in de keten heeft er baat bij dat de milieu-impact inzichtelijk en verhandelbaar wordt.”

Zijn boodschap aan de houtbouwsector is dan ook duidelijk: “Zorg dat je je CO₂-opslag meetbaar maakt. Laat zien wat je bouwt, wat je opslaat en wat dat waard is. Zo maken we de weg vrij voor een sector die bouwt mét de natuur, in plaats van ertegenin.”

Ga terug